Volgens de bond heeft de huidige regeling er juist toe bijgedragen dat maatschappijen stipter zijn gaan vliegen. Deze ‘stok achter de deur’ verdwijnt met een versoepelde vergoedingsregeling. Reizigers binnen Europa zullen dan voor lief moeten nemen dat ze één vakantiedag verliezen door vertragingen op de heen- en de terugweg. Voor bestemmingen buiten Europa moeten passagiers zelfs genoegen nemen met een verlies van twee vakantiedagen zonder dat de luchtvaartmaatschappij hen hoeft te compenseren. Dat leden van de ANWB hier fel tegen zijn, blijkt uit recent ANWB-onderzoek.
Veel luchtvaartmaatschappijen zitten in zwaar weer. Luchtpassagiers begrijpen dat gestreefd wordt naar kostenbeheersing, maar willen de grens van drie uur als stok achter de deur behouden. Zij vinden dit ook rechtvaardig, omdat luchtvaartmaatschappijen vaak strenge regels hanteren, en sancties zetten op niet tijdig inchecken en kleine overschrijdingen van het gewicht van de bagage. Dan mag je verwachten dat zij zich zelf ook aan de regels houden en op tijd vliegen.
Als het gaat om de hoogte van de vergoeding zijn reizigers wel bereid water bij de wijn te doen, bijvoorbeeld door een percentage van de ticketprijs als vergoeding vast te leggen. Dan valt de vergoeding bij goedkope tickets lager uit dan de bedragen die nu moeten worden uitgekeerd.