Tegen de 18-jarige man eiste de officier van justitie zes maanden gevangenisstraf en de tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde gevangenisstraf van vier weken. Tegen de 17-jarige jongen eiste de officier van justitie vier maanden jeugddetentie en de tenuitvoerlegging van een werkstraf van 20 uur. Drie andere mannen tussen de 18 en 21 jaar worden ook verdacht van het plegen van de inbraak. Zij moeten zich later voor de rechter verantwoorden. De twee verdachten die donderdag voor de rechter moesten verschijnen, maken deel uit van een criminele jeugdgroep uit de Beresteinlaan in Den Haag.
De inbraak
Getuigen zagen op 15 mei rond 01.00 uur 's nachts op het Plein in Amsterdam jongens rennen met winkelwagentjes met daarin twee kluizen. De kluizen werden in een auto getild en de getuigen noteerden het kenteken. Vervolgens waarschuwden zij de politie. De eigenaar van de auto bleek in Den Haag te wonen. Op de A4 ter hoogte van Leidschendam werd ongeveer een half uur na de melding de auto staande gehouden, met daarin de vijf verdachten. Ook lagen er twee kluizen in de auto en op de grond lag een grote hoeveelheid munten. Twee van de verdachten hadden grote geldbedragen op zak. De inbrekers hadden duizenden euro's buitgemaakt.
Gat in het pand
De bedrijfsleider van de supermarkt deed de volgende dag aangifte. Hij herkende de twee kluizen: deze waren afkomstig uit de winkel. De inbrekers hadden het pand binnen kunnen komen omdat er een verbouwing gaande was. Aan de achterzijde van de winkel op circa vier meter hoogte was namelijk een niet afgesloten gat aanwezig, waardoor de mannen naar binnen konden. Zij moesten daarbij wel eerst over hekken rondom de achterkant van het pand klimmen.
Bewijs
De inbraak is op camerabeelden vastgelegd. Drie daders zijn op de beelden te zien. De kleding die zij dragen, komt overeen met de kleding die de politie omschrijft als ze de verdachten op de A4 staande houdt. De telefoons van drie verdachten hebben tijdens de inbraak aangestaan nabij de supermarkt. Daarnaast is er op één telefoon een chatgesprek gevonden waarin over de inbraak wordt gesproken. De verdachten zelf beroepen zich bij de politie op hun zwijgrecht. De maatschappelijke impact van de jeugdgroep en de individuen wordt meegenomen in de eis van het OM. Leden van criminele jeugdgroepen die strafbare feiten plegen worden door het OM stevig aangepakt waarbij ook wordt gekeken naar de mogelijkheid om crimineel verkregen vermogen af te pakken: misdaad mag niet lonen.