vrijdag, 1. november 2013 - 9:54 Update: 03-07-2014 0:49

Praten en pillen samen effectief bij paniekstoornis

Angstig kijkende vrouw | Sxc
Foto: SXC
Groningen

Mensen met een paniekstoornis hebben het meeste baat bij een combinatie van cognitieve gedragstherapie (praten) en het slikken van een middel tegen depressie (pillen). Zo blijkt uit onderzoek van psycholoog Franske van Apeldoorn van het Universitair Medisch Centrum
Groningen.

Veel mensen met een paniekstoornis vermijden de plaatsen of situaties waarin een volgende paniekaanval zou kunnen optreden, wat ook wel pleinvrees wordt genoemd. Voor mensen met een paniekstoornis en matige of ernstige pleinvrees werkt de combinatiebehandeling ook beter dan beide afzonderlijke behandelvormen. Deze bevindingen kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan de behandeling van mensen met paniekstoornis met en zonder pleinvrees (agorafobie). Van Apeldoorn: 'Bij mensen die geen hulp zoeken voor hun paniekstoornis wordt het een chronische aandoening. Sommige mensen blijven er jarenlang mee rondlopen.' Naar schatting 3,8 procent van de mensen krijgt tijdens hun leven te maken met een paniekstoornis. 'Het ondergaan van een paniekaanval is een bijzonder nare ervaring', legt Van Apeldoorn uit. 'Plotseling, zonder duidelijke aanleiding, wordt iemand angstig. Daarna loopt de angst snel op en bereikt een piek. Lichamelijke verschijnselen zijn bijvoorbeeld hartkloppingen, trillen, duizeligheid, versnelde ademhaling en druk op de borst.' Mensen die een paniekaanval meemaken, denken meestal dat hen iets heel ergs gaat overkomen, zoals een hartaanval, het verliezen van controle, of dat ze gek worden. Tussen de paniekaanvallen door zijn mensen dan ook steeds bang voor een volgende aanval of de gevolgen ervan.