In plaats daarvan gaan de onderwijsinstellingen studenten selecteren die een numerusfixusopleiding willen volgen. Zo wordt de kans groter dat de juiste student op de juiste plek komt. Bij de nieuwe, decentrale selectie wordt er ook gekeken naar eerdere onderwijsprestaties, persoonlijkheidskenmerken en motivatie van de aspirant-student. Bij de centrale loting golden alleen de eindexamencijfers als criterium.
Voor de selectie worden enkele landelijke regels vastgelegd. Zo mogen studenten in een jaar aan maximaal twee numerusfixusopleidingen meedoen met de selectieprocedure. Dat kan ook dezelfde opleiding zijn op twee verschillende instellingen. Echter, voor Geneeskunde, Tandheelkunde, Fysiotherapie en Mondzorgkunde mag een student maar op één instelling meedoen met de selectieprocedure. Voor deze opleidingen schrijven zich structureel veel meer kandidaten in dan er plaatsen zijn. Studenten mogen in totaal maximaal drie keer meedoen aan een selectieprocedure voor een opleiding.