Zij zullen de komende tijd een kampement bouwen voor de rest van de ongeveer 370 militairen die naar verwachting in maart naar het Afrikaanse land zullen afreizen voor de zogeheten operatie Minusma. Dit melden verschillende media maandag.
De eerste 14 militairen gaan ervoor zorgen dat er werk- en slaapverblijven ziijn en dat de logistiek, de infrastructuur en het materieel gereed zijn wanneer de andere militairen komen. Op verzoek van de Verenigde Naties besloot Nederland eind vorig jaar ongeveer 370 mensen, voornamelijk militairen, in te zetten voor de VN-missie. De militairen gaan de komende twee jaar informatie verzamelen en analyseren voor de VN-missie Minusma. De missie is niet zonder risico. De militairen zullen te maken krijgen met hitte, stofstormen, onherbergzaam gebied en de dreiging van jihadistische groepen. Toch zien de 14 kwartiermakers de operatie met vertrouwen tegemoet. Commandant van de eenheid, Jasper Kremers, in het RD: 'We hebben ons lang voorbereid en zijn blij dat we nu kunnen gaan.'
Plaatsvervangend directeur operatie Theo ten Haaf sprak de militairen toe: 'Dit is een bijzondere dag, we gaan eindelijk beginnen.' Ten Haaf heeft er alle vertrouwen in. 'Ze hebben zich al volop bewezen tijdens vorige operaties. Ze weten de handen uit de mouwen te steken.' Volgens Ten Haaf is Mali getroffen door armoede, onveiligheid en schendingen van mensenrechten. Hij zegt hierover in de media; 'We proberen weer stabiliteit te brengen en willen de burgerbevolking beschermen.' Hij noemde de genisten de „aannemers” van het leger. 'Zij treffen de voorbereidingen voor de bouw van het kamp. Zo leggen ze contact met lokale aannemers, want we betrekken de lokale economie er ook bij en regelen de nutsvoorzieningen.'
De militairen komen eerst in de hoofdstad Bamako aan en reizen dan door naar Gao in het noorden waar het kamp komt. In april moet het klaar zijn, voordat het warme regenseizoen begint.
In totaal zouden ruim 12 duizend militairen van over de hele wereld mee moeten doen aan de missie, maar tot nu toe hebben zich er zo'n 6000 gemeld.