Gevangenisstraffen en TBS geëist voor moord in Waalre en wegmaken lichaam

Zijn medeverdachte, een 31-jarige man uit Eindhoven, hoorde 18 jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf tegen zich eisen. Beiden hebben zich, volgens de officier van justitie, ook schuldig gemaakt aan het wegmaken van het lichaam van het slachtoffer. Op 2 mei 2013 werd het levenloze lichaam, verpakt in vuilniszakken en deels verbrand, aangetroffen in de kofferbak van een auto. Op 9 juli 2013 zijn beide verdachten aangehouden. Onderzoek wijst uit dat het slachtoffer in de woning van de verdachte uit Valkenswaard, door extreem veel geweld om het leven is gebracht. Enig motief, voor het door de verdachten gepleegde feit, ontbreekt. Psychiatrisch onderzoek wijst uit dat de verdachte uit Valkenswaard lijdt aan een psychische stoornis. De Eindhovense verdachte is volledig toerekenings-vatbaar. De officier van justitie vindt dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat beide verdachten zich schuldig hebben gemaakt aan de moord in vereniging gepleegd en het wegmaken van het lichaam van het slachtoffer. Het gepleegde feit is een van de ernstigste delicten die ons strafrecht kent. Verdachten hebben welbewust een mensenleven beëindigd en daarmee een onomkeerbaar verlies teweeg gebracht. Het ontbreken van enig motief voor dit gepleegde feit maakt het extra oninvoelbaar en voor nabestaanden van het slachtoffer een niet te begrijpen gebeurtenis. De officier van justitie vindt dat de verdachte uit Valkenswaard de maatregel TBS met dwangverpleging moet worden opgelegd alsmede een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaar. Tegen de verdachte uit Eindhoven is een gevangenisstraf van 18 jaar geëist.