Het kabinet besloot afgelopen vrijdag de noodlijdende yezidi’s en andere ontheemden in Noord-Irak te hulp te schieten. Aanvankelijk was het plan dat met steun van Australië de noodhulp goederen zouden worden gedropt in het Sinjar gebergte, waar duizenden families hun toevlucht hadden gezocht nu ze worden vervolgd en opgejaagd door IS(IS). Maar inmiddels hebben de meeste de berg weer verlaten en worden in de omgeving in flatgebouwen omgevangen.
‘Wie de berichten leest en de beelden ziet, weet dat de situatie ronduit dramatisch is. De mensen kunnen geen kant op. Daarom moet er meer hulp komen’, zei minister Lilianne Ploumen vrijdag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking). In Noord-Irak voltrekt zich een humanitaire ramp waarbij talloze onschuldige mensen, waaronder veel kinderen, door honger, dorst en geweld dreigen om te komen. Nederland helpt de yezidi’s en andere ontheemden met extra voedsel, water en dekens.
De kosten gemoeid met deze zending zijn circa 1 miljoen euro. Defensie brengt nu de hulpgoederen met een KDC-10 transportvliegtuig van de Koninklijke Luchtmacht rechtstreeks naar Ebir. Nederland heeft de bijdrage afgestemd met internationale partners om zeker te zijn dat deze tegemoet komt aan de hoogste noden. Met deze zending komt het kabinet voor de tweede maal binnen een week in actie om de bevolking te helpen. Afgelopen weekend is al een extra bedrag van € 400.000 aan het Rode Kruis beschikbaar gesteld voor noodhulp.