De meisjes op de beelden waren tussen de 14 en 18 jaar. C. had dit feit bekend evenals het heimelijk filmen van zijn buurmeisjes en het bezit van kinder- en dierenpornografie.
De rechtbank vindt het heimelijk filmen van de minderjarige meisjes uiterst verwerpelijk. Vooral nu C. als coach bij de hockeyclubs het vertrouwen genoot van speelsters, ouders en de vereniging. Dat vertrouwen heeft hij op grove wijze beschaamd. Hij heeft geen rekening gehouden met de gevoelens van onbehagen en schaamte bij de meisjes die in die kleedkamers waren en zich zullen (blijven) afvragen of zij gefilmd zijn.
Medeverdachte O. is veroordeeld voor het medeplegen van het bezit van kinderpornografie en een geringe hoeveelheid dierenpornografie en heeft een straf gekregen gelijk aan zijn voorarrest met nog een voorwaardelijke gevangenisstraf van ruim 4 maanden en een proeftijd van 3 jaar. Daarnaast is aan hem de maximale werkstraf opgelegd van 240 uur.