Docenten die minder uren les hoeven te geven, kunnen beter onderwijs geven, omdat ze meer tijd overhouden voor het ontwikkelen van eigen lessen en om zelf te blijven leren. Platform 2032, de commissie die zich bezighoudt met de toekomst van het onderwijs, maakt hiervan zelfs een punt het in het voorlopige advies aan het kabinet. Dit schrijft Trouw maandag.
Volgens Paul Rosenmöller hoeven scholen niet te wachten tot dit advies van de vernieuwingscommissie definitief is geworden, maar kunnen ze vandaag (Dag van de Leraar) al kritisch gaan kijken, hoeveel uren docenten voor de klas staan. Rosenmöller in het interview met de krant: 'Vraag je af hoe effectief een extra lesuur is. Kwaliteit boven kwantiteit. We moeten heilige huisjes ter discussie durven stellen: het rooster, het aantal lesuren, de dominante sturing van bovenaf.'
Volgens Rosenmöller klagen docenten in Nederland terecht over hoge werkdruk: 'Nederlandse leraren geven veel meer les dan hun collega's in het buitenland. Ze klagen terecht over de hoge werkdruk. Ik ben de afgelopen twee jaar gaan inzien dat het leraarschap echt topsport is. De waardering daarvoor haalt het niet bij de feitelijke prestatie die zij leveren.'
En verder stelt hij: 'De traditionele structuur heeft goed onderwijs opgeleverd. Maar als je de talenten van leerlingen meer centraal wilt stellen, heb je meer flexibiliteit nodig.'