donderdag, 13. december 2018 - 15:07

Geen nader onderzoek mishandeling Michael P.

Geen nader onderzoek mishandeling Michael P.
Foto: Archief EHF/ foto ter illustratie
Utrecht

Het hof wees donderdag tussenarrest in de zaak Michael P. die verdacht wordt van het verkrachten, het van haar vrijheid beroven en doden van Anne Faber en het mishandelen van medewerkers van het Pieter Baan Centrum.

De verdediging heeft het verzoek neergelegd tot het horen van zes personen van de plaatselijke top van het openbaar ministerie en de politie om te kunnen onderzoeken of zij opdracht hebben gegeven om verdachte aan te houden en daarbij fysiek geweld toe te passen. In het kader van dit verzoek heeft het hof acht geslagen op de verklaringen die de gevraagde getuigen tegenover de Rijksrecherche hebben afgelegd naar aanleiding van de aangifte van verdachte tegen leden van het arrestatieteam. Het hof komt daarbij tot de conclusie dat ten aanzien van het essentiële onderdeel waarover de verdediging hen wenst te bevragen, namelijk of er toestemming zou zijn gegeven voor de toepassing van geweld, zij allen hebben verklaard dat verdachte weliswaar stevig aangepakt diende te worden, maar dat de grens lag bij de toepassing van fysiek geweld. Daaruit leidt het hof af dat op geen enkele wijze blijkt dat door de plaatselijke top van het openbaar ministerie en de politie opdracht is gegeven of is ingestemd met de toepassing van fysiek geweld tegen verdachte. De enkele veronderstelling van de verdediging dat een dergelijke opdracht of instemming mogelijk wel heeft plaatsgevonden is onvoldoende onderbouwd om nader onderzoek te doen. Het hof wijst het verzoek om deze zes getuigen te horen om die reden af.

Ook het verzoek van de verdediging om de fietser die onlangs verklaard heeft over hetgeen hij op 29 september 2017 tijdens zijn fietstocht op de basis Soesterberg heeft gezien en gehoord als getuige te horen, wijst het hof af. Het hof acht dit verzoek onvoldoende onderbouwd in het licht van de stukken in het dossier die zijn opgemaakt over de afgelegde routes van verdachte en het slachtoffer en waarover geen verweer is gevoerd.

Het hof wijst wel toe het verzoek tot het horen van de getuige die heeft verklaard over uitlatingen die verdachte zou hebben gedaan in juli of augustus 2017, welk voorval volgens de verdediging van belang kan zijn voor beantwoording van de vraag of er al dan niet sprake is van voorbedachte raad voor het doden van Anne Faber.

Het hof wijst eveneens toe het verzoek tot het toevoegen aan het dossier van de opnames van de politieverhoren van verdachte.

De verzoeken van het openbaar ministerie

De advocaat-generaal heeft verzocht om, indien verdachte mee wil werken, nader onderzoek te doen naar de seksuele belevingswereld van verdachte door de onderzoekers die verdachte eerder hebben onderzocht. Aangezien verdachte hiermee na afloop van de zitting en na overleg met zijn raadslieden heeft ingestemd, en het hof het noodzakelijk vindt dat dit onderzoek plaatsvindt, wijst het hof dit verzoek toe.
 
Voor het verzoek van de advocaat-generaal om de medebrenging van verdachte te bevelen voor de terechtzittingen waarop de inhoudelijke behandeling van de strafzaak zal plaatsvinden, ziet het hof nu geen reden, omdat de raadslieden van verdachtehebben aangegeven dat zij ervan uitgaan dat verdachte, evenals bij de behandeling van de zaak bij de rechtbank, aanwezig zal zijn.

Categorie:
Provincie: