Het OM is van mening dat opmerkingen van de heer Kelder zoals "een schandvlek op het officium nobile" zijn gericht op eigenschappen van de heer Moskowicz en niet op concrete gedragingen. Volgens de wetsgeschiedenis en jurisprudentie zijn de eer en de goede naam van de heer Moskowicz dan niet aangetast. Er is dan ook geen sprake van smaad of laster.
De raadsman van de heer Moskowicz is inmiddels per brief op de hoogte gesteld. De heer Moskowicz heeft de mogelijkheid om tegen de beslissing van het OM een klacht in te dienen bij het Gerechtshof te Amsterdam.