De man zou op 10 mei 2012 tijdens een ruzie in zijn woning een vriend hebben getracht dood te slaan met onder meer een kaarsenstandaard, stofzuigerslang en vazen.
De verdachte heeft verklaard dat hij het slachtoffer vele malen, ongeveer 30 keer, heeft geslagen. Het slachtoffer raakte daarbij ernstig gewond en heeft enkele weken in coma gelegen met fors schedelhersenletsel. De schedel was op meerdere plaatsen gebroken. Ook is het slachtoffer aan een oog blind geworden. Hij heeft blijvend letsel opgelopen, zowel fysiek als mentaal.
De verdachte en het slachtoffer zouden onder invloed van alcohol en drugs hebben verkeerd. De verdachte stelt dat hij werd belaagd door de vriend en dat hij zich daartegen moest verdedigen. De verdachte beroept zich daarom op noodweer(exces).
Het OM vindt dat zelfverdediging weliswaar te rechtvaardigen was, maar dat de mate van geweld buitenproportioneel was. "De verdachte heeft duidelijk de grenzen overschreden", stelde de officier van justitie op zitting. Volgens haar is niet aannemelijk dat er 30 slagen met verschillende voorwerpen nodig zijn om iemand uit te schakelen. "Hij heeft doorgeslagen tot het slachtoffer halfdood was en in een plas met bloed lag."
Ook meent de officier dat de verdachte niet in een dusdanige gemoedstoestand verkeerde dat hij buiten zichzelf is geraakt, waardoor zijn handelen gerechtvaardigd is (noodweerexces). De verdachte heeft verklaard dat hij bewust sloeg om zijn belager bewusteloos te slaan.
De officier van justitie heeft verder geëist dat de verdachte een voorschot van bijna 140 duizend euro betaalt als schadevergoeding aan het slachtoffer.
De rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, doet over twee weken uitspraak.