Wilders benadrukte dat het om een politiek proces gaat en dat met hem de vrijheid van meningsuiting terechtstaat. 'Ik plaats mijn leven in de waagschaal voor de verdediging van de vrijheid van Nederland'. Daarbij stelde Wilders ook dat onze vrijheid niet alleen een dierbare verworvenheid is, maar ook een zeer kwetsbare.
Volgens Wilders gaat zijn proces niet om hemzelf, maar om de waarheid en de vrijheid. Wilders wil de waarheid over de islam spreken omdat Nederland anders zijn vrijheid verliest. "Daarom sprak ik, spreek ik en zal ik blijven spreken." "De islam staat haaks op vrijheid", zei Wilders, "gerenommeerde islamkenners over de hele wereld zijn dat met mij eens".
Zwijgen over iets dat onze vrijheid bedreigt, ziet Wilders als verraad.
Daarbij plaatst hij zichzelf naast Pim Fortuyn en Theo van Gogh, die ook niet zwegen over de islam.
Maar hij vergeleek zichzelf ook met historische vrijheidsstrijders als Johan de Witt (1625-1672) en Johan van Oldenbarnevelt (1547-1619). Wilders haalde een citaat van de laatste aan, die op het schavot sprak: "Ik heb eerlijk en vroom gehandeld als een goed patriot".
Wilders staat terecht voor het beledigen van een groep mensen en het aanzetten tot discriminatie en haat. Maar Wilders ontkent dit. „Ik zet niet aan tot haat of tot discriminatie, ik verdedig mijn cultuur en de vrijheid.”
Hij beklaagde zich erover dat tegenstanders hem hebben vergeleken met onder anderen Mladic en Hitler, maar vond tegelijkertijd ook dat zij wel de vrijheid moesten hebben om dit te kunnen zeggen.
Advocaat Erik Olof van de benadeelde partijen herhaalde dat de uitlatingen waarvoor de PVV-leider terechtstaat voor zijn cliënten extra schadelijk zijn. Zij voelen zich “in toenemende mate als tweederangsburgers neergezet”.
Wilders heeft in zijn slotwoord met klem om vrijspraak gevraagd. Vorige week woensdag vroeg het OM nog om vrijspraak voor Wilders op alle punten.
De rechtbank sluit op 9 juni officieel het onderzoek en doet op 23 juni uitspraak.
