dinsdag, 15. april 2014 - 9:19 Update: 03-07-2014 0:38

Schoonmakers Hogeschool Utrecht en Universiteit Utrecht leggen het werk neer

Foto van stofzuigen thuiszorg | Archief EHF
Foto: Archief EHF
Utrecht

Dinsdagochtend hebben schoonmakers van de Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht het werk neergelegd. Ze gaan naar het hoofdkantoor van de HU om daar steun te vragen in hun strijd tegen het straffen van zieke schoonmakers en voor gewoon genoeg loon om uit de armoede te blijven.

De schoonmakers eisen dat het straffen van zieke schoonmakers van tafel gaat. De schoonmaakbedrijven betalen de eerste twee ziektedagen niet door. Die zogenaamde ‘wachtdagen’ waren ook tijdens de 16-weken durende staking in 2012 een belangrijk onderwerp van discussie. Destijds werd als compromis een onafhankelijk onderzoek afgesproken. Dat onderzoek kwam er en nam maar liefst negen maanden in beslag. De resultaten zijn glashelder: strafkortingen helpen niet bij het verlagen van het aantal ziekmeldingen. Toch willen de schoonmaakbazen vasthouden aan strafkortingen voor kort- of langdurig zieken.

69 procent van de schoonmakers in de armoede
Naar maatstaven van het CBS zit bovendien 69 procent van de schoonmakers in de armoede. Zelfs schoonmakers met een fulltimebaan in de schoonmaak kunnen hun gezin niet tot nauwelijks onderhouden. De schoonmakers willen een loonsverhoging van 50 cent bruto per uur. De schoonmaakbedrijven bieden ondanks vijf maanden onderhandelen voorlopig helemaal niets.

Start-stop-staking
De schoonmakers voeren actie met start-stop-stakingen: ze gaan staken, maar kunnen ook ieder moment weer aan de slag gaan. Dat doen ze om de massale inzet van stakingsbrekers, zoals gedurende lange schoonmakersstaking van 2012, te voorkomen. Stakende schoonmakers gaan nu onmiddellijk weer aan het werk, als uitzendkrachten worden ingezet. De afgelopen weken werd die tactiek al succesvol toegepast door de actievoerende schoonmakers. Schoonmaakbedrijven voelen de acties daardoor extra in de portemonnee: ze moeten zowel de schoonmakers als de uitzendkrachten betalen.