De rechtbank komt tot de slotsom dat de aanwezigheid op de rijbaan van de twee slachtoffers, gelet op de lage houding die zij op dat moment hadden ingenomen, niet kon worden voorzien door de verdachte.
Er konden bovendien geen andere (bijkomende) omstandigheden of onvoorzichtige gedragingen worden vastgesteld om te kunnen concluderen dat er een aan verdachtes schuld te wijten ongeval heeft plaatsgevonden.
NFI
Zo heeft het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) op basis van de beschikbare gegevens geen zinvolle snelheidsberekening kunnen maken. De rechtbank heeft daardoor geen aanknopingspunten om aan te nemen dat de verdachte harder heeft gereden dan de toegestane maximumsnelheid van 30 km/u.