Het gaat om chauffeurs die vaste routes rijden, op vaste tijden, met een vaste groep passagiers die bovendien niet bij de chauffeur afrekenen. Voorbeelden van deze categorie passagiers zijn basisschoolkinderen die wekelijks naar zwemles gebracht worden of gehandicapten die naar een dagopvang gaan. Naar verwachting komen ongeveer 5.000 chauffeurs voor de beperkte versie van het taxi-examen in aanmerking.
Het verplichte taxi-examen is per 1 juli 2004 ingevoerd voor chauffeurs die op dat moment minder dan drie jaar als taxichauffeur werkzaam waren. Het examen stelt voor een deel van de chauffeurs in het contractvervoer meer eisen dan de dagelijkse praktijk voor die groep noodzakelijk maakt. Na overleg met vertegenwoordigers van de taxibranche komen voor deze groep een aantal elementen uit het examen te vervallen, zoals stratenkennis, routebepaling en betalingshandelingen.
In de brief aan de Tweede Kamer over het taxi-examen schrijft minister Peijs verder dat alle chauffeurs waarvoor de examenplicht geldt, vóór 1 januari 2006 over een diploma moeten beschikken. De taxibranche pleitte eerder voor uitstel. Peijs houdt echter vast aan de vastgestelde ingangsdatum. Taxichauffeurs die niet aan de nieuwe eisen voldoen, kunnen vanaf dat moment hun vak niet uitoefenen.
©BON/Sjaak Bron:Min.V&W
