woensdag, 16. april 2008 - 12:09

Depressie in hersenen man en vrouw sterk verschillend

Nijmegen

Depressieve mannen hebben andere stresshormonen in hun hersenen dan vrouwen. Het vormt de aanzet voor het ontwikkelen van geslachtsspecifieke medicijnen.

Voor de wetenschappers van het neurobiologische onderzoeksinstituut FC Donders Centrum, onderdeel van de universiteit van Nijmegen, kwamen de resultaten als een verrassing, omdat men niet bezig was met dit onderzoek.

Het stofje werd ontdekt in de EW-kern (non-preganglionic Edinger-Westphal nucleus) en speelt een belangrijke rol in de aanpassing aan stress.

Depressieve mensen hebben erg gestresste hersens. Er wordt bijvoorbeeld extra van het stresshormoon CRF (corticotrophin-releasing factor) gemaakt. Tegelijkertijd maken hun hersens minder aan van de stof BDNF (brain-derived neurotrophic factor), een belangrijke stof voor het overleven van neuronen.

Uit onderzoek met muizen bleek een link te zijn tussen stresshormoon CRF en de hoeveelheid urocortine in de hersenen: hoe meer CRF (en hoe meer stress), hoe minder urocortine werd aangetroffen in de hersens. Onderzoekers vermoedden daarom dat zware depressies bij mensen onder meer ontstaan door een verlaging van het urocortineniveau. Die laatste hypothese hebben de Nijmeegse onderzoekers getest.

Hoofdonderzoeker Tamás Kozicz kreeg in eerste instantie slechts vier breinen tot zijn beschikking. Hersenen van zelfmoordenaars die niet met medicijnen zijn behandeld zijn zeldzaam. Hersenbanken stellen ze spaarzaam beschikbaar voor onderzoek. De eerste resultaten waren echter zo veelbelovend, dat de onderzoeksgroep in totaal elf hersenen kreeg: van zeven mannen en vier vrouwen.

In de hersenen hebben de onderzoekers de hoeveelheid van het mRNA (de genetische code) voor urocortine en het mRNA voor BDNF gemeten.Vergeleken met niet-psychiatrische mensen en niet-neurologisch zieken bleken de hersenen van de mannelijke zelfdoders helemaal geen verlaagd urocortine te hebben. De hoeveelheid urocortine bleek juist negen maal verhoogd. Bij de vrouwen was het niveau gelijk tussen depressieven en niet-depressieven. Met de concentratie van BDNF was ook iets raars aan de hand: depressieve mannen hadden drie keer minder BDNF in hun hersens dan 'normale' mensen, bij depressieve vrouwen was de concentratie juist vijf keer hoger dan bij niet-depressieven.

Volgens Eric Roubos, hoogleraar neurobiologie, is een foutje in de adaptatie aan stress de verklaring voor de verstoorde hormoonhuishouding in de hersens van depressieven: 'Wij vermoeden dat depressie een mislukte aanpassing aan langdurige stress is. In het diermodel zien we een geslaagde aanpassing: de muizen zijn niet ziek en plegen ook geen zelfmoord.'
Categorie:
Tag(s):