''We gebruiken non-verbaal gedrag om anderen te laten zien hoe we ons voelen. Zo kunnen we blij, boos of verdrietig zijn, vanwege gebeurtenissen om ons heen. Hoe we deze emoties uiten hangt niet alleen af van de emoties zelf, maar ook van contextuele factoren, zoals onze sociale omgeving. De aanwezigheid van mensen op ons heen bepalen voor een deel hoe wij emoties uiten en daarover leren we meer naarmate we ouder worden.''
Bekwamen in tonen van expressies
Visser onderzocht bij 334 volwassenen en kinderen op verschillende emotionele uitingen. Ze deed bijvoorbeeld experimenten waarbij kinderen verrast werden (met een mooi of lelijk cadeau) in het bijzijn van volwassenen. De jonge kinderen bleken anders te reageren dan de ouderen van 11 jaar (meer zelfbewustzijn), gereserveerder.
Jonge kinderen tonen “verrassing” zoals we die herkennen als basisemotie; het verwijden van ogen, het optrekken van wenkbrauwen en het openvallen van een mond. Maar volwassenen passen hun non-verbale expressies aan afhankelijk van de sociale regels die bij een bepaalde context passen. Zo tonen zij meer of minder verrassing, wanneer dit van invloed zou kunnen zijn op hoe zij beoordeeld worden door anderen, zoals in een spelcontext. Volwassenen blijken nog bekwamer te zijn in het tonen van zulke sociale emoties.