donderdag, 5. maart 2015 - 14:46

OM eist celstraf tegen zwemleraar wegens ontucht

OM eist celstraf tegen zwemleraar wegens ontucht
Foto: Archieffoto ter illustratie FBF
Amsterdam

Het Openbaar Ministerie (OM) Noord-Holland heeft 3 jaar gevangenisstraf (waarvan 1 jaar voorwaardelijk) geëist tegen een 29-jarige man uit Soest. Hem wordt verweten dat hij in de periode van september 2012 tot februari 2014 ontuchtige handelingen heeft gepleegd bij een groot aantal kinderen dat van hem zwemles kreeg.

De slachtoffers (zowel jongens als meisjes) waren tussen de 4 en 9 jaar oud, de ontuchtige handelingen vonden plaats tijdens de zwemlessen en bestonden uit het betasten van intieme delen van de kinderen.

Direct nadat in februari 2014 een ouder aangifte deed van ontuchtige handelingen door de zwemleraar, heeft de zedenpolitie een onderzoek ingesteld. Dat onderzoek resulteerde in de daaropvolgende maanden in nog 25 aangiftes en een groot aantal meldingen. Een deel van de ouders heeft om hen moverende redenen besloten geen aangifte te doen. Vlak na de start van het onderzoek heeft de directeur van de zwemvereniging besloten de verdachte op non actief te stellen. Op 10 maart 2014 is de zwemleraar vervolgens aangehouden, sindsdien zit hij vast.

Zitting

De inhoudelijke behandeling van de zaak vond op 3 en 5 maart 2015 plaats. Een aantal ouders heeft ter zitting gebruikgemaakt van hun spreekrecht. De verdachte heeft zowel tijdens de zitting als tijdens het politie-onderzoek ontkend de feiten gepleegd te hebben.

Ondanks deze ontkenning is het OM van mening over voldoende wettig en overtuigend bewijs te beschikken dat verdachte verantwoordelijk kan worden gehouden voor het plegen van ontuchtige handelingen bij in ieder geval 18 van zijn leerlingen.

Eis

Het OM heeft bij het bepalen van de eis rekening gehouden met de kwetsbare positie van de kinderen. Kinderen die door hun ouders aan de zorg van verdachte waren toevertrouwd. Verdachte heeft dat vertrouwen vervolgens misbruikt door de kinderen tijdens de zwemlessen te betasten.

De officier van justitie eist tegen de verdachte een gevangenisstraf voor de duur van 3 jaar waarvan 1 jaar voorwaardelijk, met een maximale proeftijd van 10 jaar.

Daarnaast eist de officier van justitie dat aan verdachte, gedurende zijn proeftijd van 10 jaar, een verbod wordt opgelegd om het vak van zwemleraar uit te oefenen alsook een verbod om werkzaamheden met minderjarigen onder de 16 jaar te verrichten.

De rechtbank doet over 2 weken uitspraak.

Provincie: