Verspilling van wetenschappelijk talent
Bussemaker stelt dat binnen de universiteit jonge onderzoekers te weinig kansen hebben. Ook constateert zij dat de verwevenheid van onderwijs en onderzoek op universiteiten onder druk staat. De cultuur is met name gericht op onderzoek en publicaties. Zo ontstaat er een verschil tussen onderzoekers die succesvol zijn met publiceren en doorgroeien in hun carrière, terwijl docenten die de zo noodzakelijk kennis overbrengen op jongere generaties vaak op tijdelijke en flexibele contracten zitten. “Het zou mogelijk moeten zijn om in het onderwijs carrière te maken, al dan niet tot en met de onderwijshoogleraar,’’ aldus minister Bussemaker.
Met 17 procent zijn er te weinig vrouwelijke hoogleraren. Ook zijn er te weinig onderzoekers met een migratie-achtergrond. Promovendi worden nog te vaak onvoldoende voorbereid op een loopbaan buiten de universiteit. Om deze verspilling van wetenschappelijk talent tegen de gaan wil Bussemaker een grotere diversiteit in loopbaanpaden, betere loopbaankansen voor onderzoekers, meer vrouwen in hoge posities bij universiteiten en hogescholen, en meer diversiteit in etniciteit. Want, “'we kunnen het ons niet veroorloven dat talent verspild wordt”, zegt Bussemaker. “Wetenschappelijke talenten zorgen voor de vernieuwing en doorbraken die de wetenschap verder helpen.”