Woensdagmiddag liep dat anders dan normaal. De haringkar met daarop het tonnetje haring werd getrokken door twee fraaie Friezen paarden, maar op weg naar de uitdeelplek sloegen beide paarden op hol. Geschrokken van passerend verkeer gingen beide paarden er vandoor en raakten daarbij met de antieke boerenkar een lantaarnpaal, waarbij de koetsier en bijrijder van de bok vielen en de harington op straat belande. De paarden konden verderop gevangen worden. Ook de haring kon worden gered.
Menno Jeltema legateerde ooit aan het Pepergasthuis in Groningen een aantal stukken land met de eeuwigdurende verplichting, dat jaarlijks onder de armen van Niekerk, Faan en Oldekerk een ton haring zou moeten worden uitgereikt. De voogdij heeft zich elk jaar correct aan deze verplichting gehouden en met hindernissen kon ook dit jaar een ieder een haring happen.