Door de crisis in Oekraïne, de nieuwe rekenregels voor pensioenfondsen en maatregelen van de Europese Centrale Bank, blijven pensioenfondsen de komende maanden echter onder druk staan. Dat blijkt uit de Pensioenthermometer van Aon Hewitt, wereldwijd marktleider in human-resourcemanagement, consultancy en outsourcing, die dagelijks de hoogte van de gemiddelde dekkingsgraad bijhoudt.
Dekkingsgraad daalt door nieuwe rekenregels
Hoewel de dekkingsgraad de afgelopen maanden ruim boven de wettelijke ondergrens van 104,3% is gebleven, wijst Aon Hewitt erop dat pensioenfondsen de tweede helft van het jaar goede resultaten moeten boeken. “Als we de huidige dekkingsgraad berekenen volgens de nieuwe rekenregels die vanaf 1 januari 2015 gelden, staat deze per eind juli op 106%. Dat is 5 procentpunten lager dan de dekkingsgraad op dit moment,” zegt Frank Driessen, Chief Commercial Officer bij de afdeling Retirement & Financial Management van Aon Hewitt. Ook de renteverlaging en de monetaire maatregelen die de Europese Centrale Bank begin juni aankondigde, hebben een remmend effect op de dekkingsgraad.
Crisis in Oekraïne, maar economie VS veert op
Pensioenfondsen ondervinden verder last van de economische situatie wereldwijd. De sancties van de EU en VS tegen Rusland en visa versa zetten de economische groei onder druk. Anderzijds zijn de vooruitzichten van de Amerikaanse economie verbeterd. Deze toonde afgelopen kwartaal positieve groeicijfers en de Amerikaanse centrale bank (Fed) bouwt het steunbeleid verder af.
Waarde verplichtingen gestegen
De waarde van de verplichtingen van pensioenfondsen steeg in juli met ongeveer 2,3%. Dat komt doordat de rente is gedaald, waardoor ook de driemaands gemiddelde rente daalde. De waarde van de verplichtingen van pensioenfondsen wordt berekend volgens de driemaands gemiddelde marktrente met Ultimate Forward Rate.
Ook vermogen pensioenfondsen stijgt
Het gemiddelde vermogen van de Nederlandse pensioenfondsen is in juli eveneens gestegen. Het totale vermogen steeg per saldo met 1,6%. Deze stijging wordt verklaard doordat de waarde van de obligatieportefeuille met 1,9% toenam. Daarnaast nam de waarde van de aandelenportefeuille met 1,4% toe. Ook vastgoed noteerde positieve rendementen. Grondstoffen daarentegen niet.