Liefst 41 procent flexwerkers kreeg een vaste baan
Liefst 41 procent van werknemers met een flexcontract in 2017, kregen het jaar erop een vast contract bij hun werkgever. Dit blijkt uit een specialistisch onderzoek dat het UWV uitvoerde over de doorstroming van flexwerkers op de arbeidsmarkt.
Voordelen werknemer bij vaste contracten
De trend waarbij flexibele contracten vaker worden omgezet in vaste contracten heeft te maken met de krapte op de arbeidsmarkt. Sinds 2013 is het percentage vaste contracten in heel Nederland dan ook toegenomen met 7 procent. Specifiek in sectoren als het bankwezen, de verzekeringswereld, de bouw en het onderwijs is het al jarenlang lastig om gediplomeerd en bevoegd personeel te vinden. Worden er eenmaal geschikte kandidaten gevonden, dan willen werkgevers dit personeel voor langere tijd aan zich binden met vaste contracten. Werkgevers hebben hier uiteraard voordeel mee en halen zo meer geschoold personeel binnen.
Voordelen voor de flexwerker
Maar ook voor de flexwerker heeft een vast contract natuurlijk voordelen. Met name de vastheid en zekerheid op een constant inkomen is belangrijk en geeft de werknemer rust. Verder is een hypotheek afsluiten als uitzendkracht of werknemer met een tijdelijk contract niet altijd eenvoudig. Kredietverstrekkers en financiers zijn immers niet happig op onzekerheid rondom de terugbetaling van hypotheken en dus terughoudend met het verstrekken van hypotheken aan mensen zonder vast contract. Er zijn echter aanbieders van hypotheken die flexwerkers wel de mogelijkheid bieden om zonder vaste baan een hypotheek te regelen, zoals de hypotheek van nibcdirect voor uitzendkrachten.
Doorgaande flexibilisering in de jaren 2009-2018
Ondanks dat werkgevers sneller vaste contracten met hun werknemers afsluiten, zet de flexibilisering van de arbeidsmarkt door. Vaker dan een vast contract krijgen nieuwe werknemers een flexcontract of uitzendovereenkomst onder hun neus geschoven. Tussen 2009 en 2018 is het percentage met een tijdelijk contract gestegen met 31 procent. Het percentage Nederlanders dat op uitzendbasis actief is, groeide toen met 69 procent. Dit proces van flexibilisering doet zich vooral voor onder jongeren. Dat de arbeidsmarkt flexibeler wordt blijkt ook uit de daling van het personeel met een vast contract. Terwijl in de leeftijdscategorie van 20 tot 25 jaar in 2009 nog zo'n 65 procent een vaste aanstelling had, daalde in deze leeftijdsgroep het percentage vaste contracten naar om en nabij 54 procent in 2018.