Tegenover het AD zegt de minister: ‘Het vmbo is niet een soort vergaarbak van kinderen die niet naar havo of vwo kunnen, en dus maar naar het vmbo moeten. Dit is geen restonderwijs.’ Slob zegt dat er een tendens heerst waarin het vmbo als ‘niet goed genoeg’ wordt gekwalificeerd.
Slob vindt dat vmbo’ers ook hard nodig zijn. ‘Dat zegt ook iets over onze vmbo’ers: soms zijn het letterlijk gouden handjes die nodig zijn voor de toekomst.’