dinsdag, 2. februari 2021 - 8:54

1,2 miljoen nachtwerkers in 2020

arts-ziek-
Foto: Archief EHF/ foto ter illustratie
Den Haag

In 2020 waren 1,2 miljoen werkenden soms of regelmatig in de nacht aan het werk. Dat is 13,5 procent van alle werkenden. Artsen, verzorgenden, sociaal werkers en verpleegkundigen zijn de grootste groepen nachtwerkers. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.

Gemiddeld in 2020 werkten 1,2 miljoen mensen wel eens tussen 12 uur ’s nachts en 6 uur ’s morgens. In de periode 2011-2019 schommelde het aantal rond 1,3 miljoen. Door de recente afname daalde het percentage nachtwerkers van 14,8 in 2019 naar 13,5 in 2020. Ruim de helft van hen is regelmatig in de nacht aan de slag. Iets minder dan de helft is dat soms.

Artsen grootste beroepsgroep onder nachtwerkers

De grootste beroepsgroep onder werkenden in de nacht zijn de artsen. Vorig jaar werkten ruim 70 duizend van hen soms of regelmatig ’s nachts. De tien grootste beroepsgroepen onder de nachtwerkers omvatten 457 duizend personen, bijna 4 op de 10 van alle werkenden in de nacht. De helft van deze beroepsgroepen betreft zorg- en welzijnsberoepen. Behalve om artsen gaat het om verzorgenden, sociaal werkers en verpleegkundigen. Ook kelners en barpersoneel behoorden in 2020 tot de top tien. Vanwege de coronamaatregelen was hun aantal gemiddeld in 2020 wel aanzienlijk lager dan in 2019. Ook in technische beroepen en zorg- en welzijnsberoepen was het aantal nachtwerkers lager dan in 2019.

In de grootste groepen nachtwerkers komt regelmatig werken in de nachtelijke uren vaker voor dan incidenteel nachtwerk. In het bijzonder geldt dat voor productiemachinebedieners, beveiligingspersoneel en mbo-verpleegkundigen. Daarentegen is het nachtwerk voor software- en applicatieontwikkelaars eerder incidenteel van aard.

In 2020 waren 1,2 miljoen werkenden soms of regelmatig in de nacht aan het werk. Dat is 13,5 procent van alle werkenden. Artsen, verzorgenden, sociaal werkers en verpleegkundigen zijn de grootste groepen nachtwerkers. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.
Gemiddeld in 2020 werkten 1,2 miljoen mensen wel eens tussen 12 uur ’s nachts en 6 uur ’s morgens. In de periode 2011-2019 schommelde het aantal rond 1,3 miljoen. Door de recente afname daalde het percentage nachtwerkers van 14,8 in 2019 naar 13,5 in 2020. Ruim de helft van hen is regelmatig in de nacht aan de slag. Iets minder dan de helft is dat soms.

Artsen grootste beroepsgroep onder nachtwerkers

De grootste beroepsgroep onder werkenden in de nacht zijn de artsen. Vorig jaar werkten ruim 70 duizend van hen soms of regelmatig ’s nachts. De tien grootste beroepsgroepen onder de nachtwerkers omvatten 457 duizend personen, bijna 4 op de 10 van alle werkenden in de nacht. De helft van deze beroepsgroepen betreft zorg- en welzijnsberoepen. Behalve om artsen gaat het om verzorgenden, sociaal werkers en verpleegkundigen. Ook kelners en barpersoneel behoorden in 2020 tot de top tien. Vanwege de coronamaatregelen was hun aantal gemiddeld in 2020 wel aanzienlijk lager dan in 2019. Ook in technische beroepen en zorg- en welzijnsberoepen was het aantal nachtwerkers lager dan in 2019.

In de grootste groepen nachtwerkers komt regelmatig werken in de nachtelijke uren vaker voor dan incidenteel nachtwerk. In het bijzonder geldt dat voor productiemachinebedieners, beveiligingspersoneel en mbo-verpleegkundigen. Daarentegen is het nachtwerk voor software- en applicatieontwikkelaars eerder incidenteel van aard.

Categorie:
Provincie: