woensdag, 13. april 2016 - 10:27 Update: 13-04-2016 13:24

'Slim kind van laag opgeleide ouders blijft vaker op lager niveau zitten'

Kinderen van lager opgeleide ouders schoppen het vaker minder ver dan kinderen van hoger opgeleiden´
Foto: Archief FBF.nl
Utrecht

Het Nederlandse onderwijs is goed, zo concludeert de Inspectie van het Onderwijs vandaag in haar rapport De Staat van het Onderwijs. Maar niet alle leerlingen kunnen er in gelijke mate van profiteren. Kinderen van lager opgeleide ouders schoppen het steeds vaker minder ver dan hun leeftijdsgenoten met hetzelfde IQ en met hoger opgeleide ouders.

Volgens de inspectie zijn diverse factoren debet aan de groeiende ongelijkheid in kansen. Zo zijn hoogopgeleide ouders meer betrokken bij de schoolloopbaan van hun kinderen, gaan die vaker naar huiswerkklassen of volgen zij toetstrainingen. Daarnaast wordt steeds vroeger bepaald welk niveau een leerling aan kan. Basisscholen mogen leerlingen in veel regio’s geen dubbel schooladvies (bijvoorbeeld vmbo/havo) meer geven en het aantal brede brugklassen daalt. Onbewust hebben ook leraren van leerlingen met hoogopgeleide ouders een hogere verwachting van deze leerlingen waardoor hun schooladviezen vaker hoger uitvallen dan bij kinderen van lager opgeleide ouders. Overigens is de gemiddelde hoogte van de adviezen in 2014/2015 vergeleken met het schooljaar ervoor gelijk gebleven. Dit meldt de PO-raad op zijn website.

Zorgelijk, noemt de PO-Raad deze groeiende ongelijkheid. De raad gaat hierover in gesprek met zijnleden om duidelijk te krijgen hoe de sector primair onderwijs kan bijdragen aan het oplossen van dit probleem. Voor de PO-Raad staat buiten kijf dat ieder kind gelijke kansen verdient en dat de opdracht van het onderwijs is kinderen die gelijke kansen te bieden. ,,We willen niet terug naar de tijd dat kinderen die voor een dubbeltje worden geboren, geen kwartje kunnen worden’’, benadrukt Rinda den Besten, voorzitter van de PO-Raad. ,,Alle kinderen moeten hun talenten kunnen ontplooien, ongeacht hun achtergrond.’’ Al kan het onderwijs dit niet alleen regelen. Opvang, onderwijs, politiek en maatschappij hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid, stelt de PO-Raad.

Achterstanden voorkomen

Uit het rapport van de Inspectie blijkt dat het opleidingsniveau van ouders sterk bepalend is voor de onderwijskansen van kinderen. Daarom vindt de PO-Raad dat het onderwijsachterstandenbeleid zo moet worden gewijzigd dat er recht wordt gedaan aan alle kinderen die extra aandacht nodig hebben. En daarom verzet de PO-Raad zich tegen de huidige bezuinigingen op onderwijsachterstanden. Het budget om onderwijsachterstanden weg te werken, daalt, terwijl de werkelijke achterstanden niet afnemen. De PO-Raad maakt zich hierover zorgen omdat kinderen die eenmaal een achterstand hebben opgelopen die achterstand vaak nooit meer inhalen.