donderdag, 29. november 2018 - 20:18

Najaarsnota 2018: Overheidsfinanciën verbeteren verder

Najaarsnota 2018: Overheidsfinanciën verbeteren verder
Foto: Archief EHF/ foto ter illustratie
Den Haag

De overheidsfinanciën zijn ten opzichte van de Miljoenennota 2019 verder verbeterd. Het begrotingsoverschot (EMU-saldo) komt in 2018 naar verwachting uit op 0,9% van het bruto binnenlands product (bbp) en de schuld daalt verder naar 52,7% van het bbp. Dit komt door de goede economische situatie en lagere verwachte overheidsuitgaven. Dit schrijft minister Hoekstra van Financiën in de Najaarsnota, die donderdag 29 november aan de Tweede Kamer is aangeboden. De Najaarsnota presenteert de ontwikkeling van de inkomsten en uitgaven voor het lopende begrotingsjaar 2018.

Uitgavenbeeld

Uit de Najaarsnota blijkt dat er in 2018 3,7 miljard euro minder besteed is dan verwacht. Hiervan was 2,9 miljard euro al zichtbaar bij Miljoenennota 2019. De onderbesteding geldt vooral voor de investeringsmiddelen voor Defensie en Infrastructuur. Dit gaat om 2,2 miljard euro. Omdat deze middelen doorgeschoven mogen worden blijven ze beschikbaar voor latere jaren.

Het geld dat resteert wordt gebruikt om de staatsschuld verder af te bouwen en komt ten goede aan het overheidssaldo. Hierdoor worden buffers opgebouwd zodat de begroting beter bestand is tegen de nodige neerwaartse risico’s zoals de huidige onzekerheden rondom brexit, een dreigende handelsoorlog en een tegenvallende economische conjunctuur.                                                                                                       

Daarnaast heeft het kabinet er voor gekozen om 500 miljoen euro te reserveren voor eventuele maatregelen voor aanvullende CO2-reductie.

Inkomstenbeeld

De totale belasting- en premieontvangsten zijn met 0,4 miljard euro omhoog bijgesteld ten opzichte van de Miljoenennota 2019. Hieronder zitten verschillende bijstellingen, verdeeld over de belastingsoorten. Hierin zit onder andere een opwaartse bijstelling van de raming van de dividendbelasting met 0,4 miljard euro en een neerwaartse bijstelling van de raming voor de erf- & schenkbelasting met 0,2 miljard euro.