donderdag, 16. juni 2016 - 8:52 Update: 16-06-2016 9:05

In toekomst vooral meer alleenwonende oudere vrouwen

In toekomst vooral meer alleenwonende oudere vrouwen
Foto: Archief FBF.nl
Den Haag

Het aantal huishoudens groeit volgens de meest recente huishoudensprognose van 7,7 miljoen in 2015 naar 8 miljoen in 2020. Er komen vooral alleenwonende 65-plussers bij. Deze groep blijft naar verwachting de komende decennia groei

Het model van de CBS-huishoudensprognose simuleert de toekomstige ontwikkeling van de bevolking naar burgerlijke staat en huishoudenspositie. De prognose beoogt de meest waarschijnlijke toekomstige ontwikkelingen te beschrijven, maar de onzekerheden in de prognosecijfers zijn groot. Zo kunnen er onvoorziene veranderingen komen in het gedrag op het vlak van bijvoorbeeld samenwonen en scheiden. Ook de onzekerheid in de demografische ontwikkelingen, bijvoorbeeld op het gebied van immigratie, werkt door in de huishoudenssamenstelling.

Voor de lange termijn verwacht het CBS dat het aantal huishoudens met 0,9 miljoen toeneemt tot 2050. Volgens de prognose groeit het aantal eenpersoonshuishoudens met 0,8 miljoen tot 3,7 miljoen in 2050. Slechts een klein deel van de groei komt voor rekening van huishoudens met paren en eenoudergezinnen.

Meer alleenwonende ouderen door vergrijzing

Vooral het aantal alleenwonende 65-plussers stijgt in de toekomst sterk. Dat is een gevolg van de vergrijzing. Daarnaast blijven ouderen steeds langer zelfstandig wonen, onder meer na een scheiding of het overlijden van hun partner. Het aantal alleenwonende vrouwen van 65 jaar of ouder zal volgens de prognose groeien van 655 duizend in 2015 naar bijna 1,2 miljoen in 2050. Het aantal alleenwonende mannen in die leeftijdscategorie groeit in die periode naar verwachting van 260 duizend naar 650 duizend.

In 2015 waren vier op de tien vrouwen van 65 jaar of ouder alleenwonend en bijna twee op de tien mannen in deze leeftijdscategorie. Naar verwachting wonen in 2050 bijna vijf op de tien vrouwen van 65 jaar of ouder alleen, tegen drie op de tien mannen in deze leeftijdsgroep. Bewoners van een verzorgings- of verpleeghuis worden in de huishoudensprognose als een losse groep gezien en vallen daarom niet onder de alleen- of samenwonenden.

Man-vrouw-verdeling

Vrouwen blijven naar verwachting een meerderheid vormen onder alleenwonende 65-plussers, omdat van (echt)paren de man vaak als eerste overlijdt. De man-vrouw-verdeling in deze groep alleenwonenden was in 2015 ongeveer 30-70 procent. Dit zal in 2050 met een verdeling van ongeveer 35-65 procent iets minder scheef worden. Dat komt onder andere doordat het verschil in levensverwachting tussen mannen en vrouwen kleiner wordt en het aantal gescheiden ouderen toeneemt.