Met de mediane jaar-op-jaar cijfers is modelmatig de cumulatieve koopkrachtontwikkeling over de periode 1977-2022 berekend voor zowel de totale bevolking als diverse subgroepen. Deze ontwikkeling is uitgedrukt met een (cumulatieve) index, waarbij het startjaar telkens de waarde 100 heeft. In 2022 was de cumulatieve koopkrachtstijging ten opzichte van 1977 bijna 60 procent.
Koopkracht werknemers meer dan verdubbeld sinds 1989
De crisis van 2009-2013 had zijn weerslag op zowel werkenden als uitkeringsontvangers. Bij mensen in een huishouden met vooral inkomen uit bijstand of vooral inkomen uit pensioen daalde de koopkracht. Bij personen in huishoudens met vooral inkomen als zelfstandige daalde de koopkracht nog sterker. Bij de personen in werknemershuishoudens bleef de koopkracht daarentegen stabiel.
Bezien over de gehele periode 1989-2022 trokken de werknemers sowieso aan het langste eind: in dit tijdsbestek steeg hun koopkracht met 112 procent. Op de tweede plek volgen de zelfstandigen met een koopkrachtstijging van 80 procent Pensioenontvangers gingen er in al die jaren nauwelijks in koopkracht op vooruit. De gehele bevolking ging er in de periode 1989-2022 in doorsnee bijna 53 procent in koopkracht op vooruit.