vrijdag, 2. december 2022 - 10:29

'Kleine woonzorgcentra hadden minder COVID besmettingen'

Verpleegster bij bejaarde
Foto: Archieffoto ter illustratie FBF
Leuven

Woonzorgcentra die werken met kleinere leefgroepen met vaste zorgteams, tellen opmerkelijk minder personen die door COVID-19 zijn besmet of overleden. Dat geldt niet enkel voor de bewoners, maar ook voor de medewerkers.

Tot dat besluit komen onderzoekers van KU Leuven en de Radboud Universiteit in Nederland.

In opdracht van Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Hilde Crevits en in samenwerking met verschillende middenveldorganisaties (werkgeverskoepels, vakbonden en ouderenzorgorganisaties) stelden de onderzoekers een enquête op. Ze polsten naar de organisatiestructuur van woonzorgcentra en naar hun dienst- en zorgverlening voor en tijdens de coronacrisis. In totaal vulden 318 directies van woonzorgcentra de bevraging in. Die data werden naast de COVID-19-data van het agentschap Zorg en Gezondheid gelegd. “De resultaten zijn helder”, zegt universitair docent Lander Vermeerbergen (KU Leuven/Radboud Universiteit). “We hadden een effect verwacht, maar de duidelijkheid van de cijfers verbaasde ons.”

Vier kenmerken zijn bepalend

Vier arbeidsorganisatorische kenmerken hangen samen met minder COVID-19-besmettingen: de grootte van de leefgroep, de grootte van de vestiging, de breedte van de taakpakketten van medewerkers en tenslotte, de wijze waarop zorgteams zijn samengesteld en toegewezen aan leefgroepen.

“In woonzorgcentra met enkel leefgroepen kleiner dan 17 bewoners is er een gemiddeld aandeel van 17,5 procent besmetting geweest, in woonzorgcentra met grote leefgroepen van meer dan 32 bewoners was dit 27,5 procent”, zegt onderzoekster Eveline Teppers (HIVA-KU Leuven). “Het aantal bewoners dat omwille van COVID-19 is overleden is respectievelijk 2,5 procent en 5,1 procent.”

“Het onderzoek toont aan dat in woonzorgcentra met vaste multidisciplinaire zorgteams per leefgroep minder besmettingen zijn geweest dan bij woonzorgcentra die werken met mono- of multidisciplinaire zorgteams voor meerdere leefgroepen”, zegt professor Geert Van Hootegem (KU Leuven)

Tegelijk toont dit onderzoek dat een aanpak met kleinere leefgroepen en vaste multidisciplinaire teams voor een huiselijkere sfeer zorgt in tijden van een pandemie. Al wogen de COVID-beperkingen uiteraard ook hier door. Huiselijke gewoontes zoals het bereiden van maaltijden in de huiskamer en het doen van de was in de woning kwamen weinig voor in COVID-19-tijden. Eerder onderzoek verricht door de onderzoekers toonde reeds een verhoogde werkbaarheid van de job van het zorgpersoneel in zulke zorgsettings.

Organisatie

Veel woonzorgcentra hebben daar tijdens de coronacrisis ook al op ingespeeld en hebben tijdens de eerste golven van de pandemie indrukwekkende organisatorische veranderingen doorgevoerd. In het onderzoek zegt 80 procent van de directies te hebben gewerkt met vaste teams per leefgroep. 40 procent zegt de leefgroepen kleiner te hebben gemaakt. Het merendeel geeft echter aan dit slechts tijdelijk te hebben toegepast.

Het overgaan naar een meer innovatieve organisatie is cruciaal in de strijd tegen toekomstige pandemieën. Tegelijk is het een ingrijpend veranderingsproces en een werk van lange adem, benadrukt Lander Vermeerbergen: “Naast de wil en motivatie om het anders te doen, is voldoende omkadering, middelen, ruimte en tijd nodig om veranderingen in de organisatiestructuur (permanent) mogelijk te maken."

En dat onderstreept ook Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Hilde Crevits:“COVID-19 heeft een grote impact gehad op het leven en de zorg in onze woonzorgcentra. We streven al langer naar kleinschalige initiatieven en innovatie in de arbeidsorganisatie van zorg- en welzijnsvoorzieningen. De resultaten van deze studie onderstrepen het belang hiervan op het vlak van wonen alsook voor de zorg en gezondheid van bewoners en medewerkers. We zullen hier dan ook samen met de sector blijven aan werken.”

Categorie:
Provincie:
Tag(s):