Morgen begint de schoolvakantie in de regio Midden-Nederland en gaan Nederlanders weer massaal op zomervakantie. In de zomerperiode van 2015 gingen 11,7 miljoenNederlanders in totaal 21,7 miljoen keer op reis. Dat zijn gemiddeld bijna twee vakanties per vakantieganger. Hiervan gingen 8,6 miljoen Nederlanders voor een lange vakantienaar het buitenland. Dit betrof 9,7 miljoen vakanties; iets meer dan in 2014 en aanzienlijk meer dan in 2005 (toen nog 8,8 miljoen).
Frankrijk was, net als in voorgaande jaren, met 1,8 miljoen vakanties de populairste bestemming in de zomervakantie. Op enige afstand volgen Duitsland met 1,3 miljoenvakanties en Spanje met 1,1 miljoen vakanties. Andere veel bezochte, zuidelijke en zonnige bestemmingen zijn Italië, Griekenland en Turkije. De Verenigde Staten is het enige niet-Europese land in de top tien.
Nederlander regelt vakantie liefst vooraf
De meeste Nederlanders kiezen voor hun lange zomervakantie voor zekerheid. In 2015 boekte 84 procent vooraf een accommodatie, het vervoer naar de plaats van bestemming, of beide. Daarnaast ging 4 procent naar een eigen zomerhuisje of een eigen caravan op een vaste standplaats. Voor 12 procent van de Nederlanders geldt dat zij op pad gaan zonder vooraf te boeken. De helft van hen verblijft in een woning van familie, vrienden of kennissen, de andere helft vertrekt op de bonnefooi. Die laatste groep wordt overigens steeds kleiner. Tien jaar geleden ging nog 11 procent op de bonnefooi op vakantie.
Met auto of vliegtuig
Ruim 9 op de 10 Nederlanders reizen voor hun zomervakantie met de auto of het vliegtuig naar de bestemming in het buitenland. Ruim de helft stapt in de auto en 40 procent neemt het vliegtuig. Sinds 2005 is het aandeel vliegvakanties toegenomen (van 34 naar 40 procent) terwijl het aandeel autovakanties is gedaald (van 57 naar 53 procent).