donderdag, 25. augustus 2016 - 15:44 Update: 25-08-2016 18:57

Klacht ouders in zaak Iris van den Hooft door Hof afgewezen

Hof wijst klacht in zaak Iris van den Hooff af
Foto: SXC
Groningen

Het gerechtshof in Leeuwarden heeft de klacht die advocaat Korver namens de ouders van de op 6 juli 2014 overleden Iris van den Hooff heeft ingediend, afgewezen. De ouders hadden zich in een zogeheten artikel 12 Sv-procedure beklaagd over het feit dat het Openbaar Ministerie geen (nader) strafrechtelijk onderzoek heeft willen instellen naar de dood van hun dochter.

Iris van den Hooff werd op 6 juli 2014 dood gevonden in haar woning in Groningen. De politie concludeerde na onderzoek dat er sprake is geweest van zelfdoding. Volgens de klagers is deze conclusie te snel getrokken en is het scenario dat Iris slachtoffer is geworden van een misdrijf en dientengevolge is overleden ten onrechte niet onderzocht. De klagers hebben gesteld dat er voldoende aanwijzingen waren voor het verrichten van een strafrechtelijk onderzoek.

Het Hof besloot in oktober 2015 geen gevolg te geven aan alle onderzoekswensen – op één na - van de klagers, omdat dit onderzoek niet meer mogelijk was danwel geen zin had omdat dit onderzoek geen concreteaanwijzing voor een strafbaar feit zou kunnen opleveren. Wel dienden de buren nog te worden gehoord. Volgens klagers zouden buren de avond voor het overlijden van Iris een ruzie in haar woning hebben gehoord. Kort hierna heeft de politie 5 getuigen gehoord.

In de einduitspraak oordeelt het hof dat de getuigenverhoren die in het kader van dat onderzoek hebben plaatsgevonden onvoldoende aanknopingspunten hebben opgeleverd voor nader politieonderzoek.

Dat betekent, aldus het hof, dat er, hoewel de bij de klagers levende twijfels over de doodsoorzaak van Iris mogelijk nog niet zijn weggenomen, onvoldoende concrete aanwijzingen zijn dat Iris als gevolg van een strafbaar handelen van een derde is overleden.

Categorie:
Provincie: