Forse winsten, maar niet voor de spaarder
De lage spaarrentes bij grote bank zijn extra zuur, omdat we ondertussen elk kwartaal opnieuw horen dat banken flinke winsten maken. Terwijl juist die lage spaarrente, in combinatie met de hoge hypotheekrentes die banken ontvangen, zorgen voor de winsten. “Het zou de banken sieren om de spaarder wat meer spaarrente te geven”, zegt Bulthuis. “Maar dat doen ze nauwelijks. Sterker nog, ze verhogen ook nog eens de kosten op betaalproducten en laten de winsten vooral ten goede komen aan de aandeelhouders. De spaarder laten ze dus in de kou staan.”
Waarom de banken de spaarrente niet verhogen
Dat de grote banken zulke lage spaarrentes hanteren, komt volgens Bulthuis vooral doordat de concurrentie op de Nederlandse spaarmarkt niet goed werkt. “De meeste Nederlanders blijven sparen bij de drie grote banken en storten er nog elke maand geld bij. De banken krijgen het geld dus toch wel, waarom zouden ze dan een hogere rente bieden?” De Autoriteit Consument & Markt (ACM) gaat dan ook onderzoek doen naar de concurrentie op de spaarmarkt.
De banken zelf geven aan dat ze nog veel hypotheken en leningen hebben uitstaan die de afgelopen jaren zijn afgesloten tegen relatief lage rentes. Hierop hebben de banken dus minder rente-inkomsten. De huidige, hogere hypotheek- en leenrentes gelden alleen voor nieuw verstrekte leningen. Daar staat tegenover dat als banken de spaarrente verhogen, deze in één keer voor alle klanten geldt. Bulthuis: “De spaarrente flink verhogen, kost de banken dus veel geld.”
Spaarders houden lage rentes zelf in stand
De Nederlandse spaarders spelen volgens Bulthuis zelf ook een rol bij het in stand houden van de lage spaarrentes. “Spaarders stappen nauwelijks over en blijven veel geld sparen bij de grote banken. Ze mopperen wel, maar bewegen niet. Als meer mensen een deel van hun spaargeld zouden onderbrengen bij banken met een hogere rente, vergroot dit de druk op de grote banken om de spaarrente verder te verhogen.”