Van de 159 duizend niet-Nederlandse immigranten in 2015 voegde een derde zich bij een familielid dat hier al woonde. In 2003 kwam nog de helft van de migranten om deze redennaar Nederland. Sindsdien nam vooral de arbeidsmigratie snel toe, terwijl de asielmigratie piekte in 2014 en 2015.
Meeste gezinsmigranten afkomstig uit Polen
De top vijf van landen waar gezinsmigranten vandaan komen, bestond in 2015 uit Polen, Syrië, Duitsland, India en het Verenigd Koninkrijk. Bijna 9 duizend gezinsmigranten kwamen uit Polen. India is, net als Polen, in de afgelopen vijftien jaar een migratieland in opkomst.
Uit Syrië kwamen in 2015 bijna 4 duizend gezinsmigranten. Deze familieleden zijn via de normale procedure voor gezinshereniging naar Nederland gekomen. Daarnaast heeft een deel van de Syrische asielzoekers kort nadat zij een verblijfsvergunning hadden gekregen familieleden laten overkomen. Bij deze speciale regeling worden de familieleden als nareizigers beschouwd en gerekend tot de asielmigranten. In 2015 waren er bijna 9 duizend Syrische nareizigers.
Vaker werk bij langer verblijf
In 2005 kwamen Polen, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk ook al voor in de top vijf van herkomstlanden met de meeste gezinsmigratie. Turkije en Marokko maakten toen het vijftal compleet. Hoewel zij hier in de eerste plaats kwamen vanwege familie had ongeveer 45 procent van de gezinsmigranten uit Polen en het Verenigde Koninkrijk na een jaar het grootste deel van het inkomen uit werk. Na tien jaar was dat percentage opgelopen tot rond de 60. Van alle gezinsmigranten die in 2005 naar Nederland kwamen verdiende na een jaar 30 procent zijn eigen brood, en na tien jaar 47 procent.
Voor elk jaar zijn de percentages berekend op basis van de immigranten uit 2005 die in het betreffende jaar nog in Nederland waren. Van alle gezinsmigranten uit 2005 had 43 procent na tien jaar Nederland weer verlaten.