zaterdag, 23. februari 2019 - 9:38

Arbeidsdeelname terug op niveau 2008

Arbeidsdeelname terug op niveau 2008
Foto: fbf
Den Haag

In 2018 was de nettoarbeidsparticipatie bijna 68 procent, vrijwel net zo hoog als het hoogste jaarcijfer vóór het uitbreken van de crisis in 2008. Het verschil in arbeidsparticipatie tussen personen met een Nederlandse achtergrond en niet-westerse migratieachtergrond is tijdens de crisis groter geworden, maar is nu weer bijna gelijk aan tien jaar geleden. Dit meldt het CBS.

Personen van 15 tot 75 jaar met een Nederlandse achtergrond hadden in 2018 met 69,1 procent het vaakst betaald werk. Daarna volgen personen met een westerse achtergrond (66,5 procent) en een niet-westerse migratieachtergrond (60,9 procent). Tijdens de economische crisis nam de arbeidsparticipatie van personen met een niet-westerse migratieachtergrond relatief veel af, waardoor het verschil met de groep met een Nederlandse achtergrond groter werd (55,2 procent versus 66,5 procent, 2014).

In 2018 was de arbeidsparticipatie van zowel personen met een Nederlandse als met een niet-westerse achtergrond vrijwel gelijk aan het niveau vlak voor de crisis in 2008. Hiermee is ook het verschil tussen deze groepen weer bijna even groot als tien jaar geleden.

Er waren in 2018 6,9 miljoen mensen met een Nederlandse achtergrond aan het werk en 972 duizend mensen met een niet-westerse migratieachtergrond. De arbeidsparticipatie van personen met een westerse migratieachtergrond was in 2018 hoger dan in 2008. Dat betrof 880 duizend werkenden in 2018.

Hogere arbeidsparticipatie personen met Turkse en Marokkaanse achtergrond

De arbeidsparticipatie van personen met een Marokkaanse en Turkse migratieachtergrond was met 57,4 procent en 61,2 procent in 2018 hoger dan op het hoogste punt voor het begin van de crisis. In 2018 hadden 153 duizend mensen met een Marokkaanse en 187 duizend mensen met een Turkse achtergrond betaald werk. Daarentegen is bij de personen met een Antilliaanse, Arubaanse of Surinaamse achtergrond de arbeidsparticipatie met 60,3 procent en 66,5 procent nog steeds lager dan in 2008. In 2018 ging het in totaal om 70 duizend en 189 duizend werkenden met deze achtergronden. Wel is het percentage werkenden onder mensen met een niet-westerse migratieachtergrond nog steeds het hoogst bij mensen met een Surinaamse achtergrond. 

Categorie:
Provincie:
Tag(s):