woensdag, 15. januari 2020 - 9:10

Sterkste stijging gemeentelijke woonlasten sinds 2007

foto van vuilniszal | fbf
Foto: fbf
Groningen

De gemeentelijke woonlasten stijgen dit jaar aanzienlijk sterker dan de inflatie. Huurders betalen 5,1 procent meer, eigenaar-bewoners 4,3 procent. De afvalstoffenheffing stijgt met 5,9 procent sterk doordat veel gemeenten nu pas de verhoging van een rijksbelasting in 2019 doorberekenen. De ozb stijgt met 4,0 procent relatief sterk door onder meer tekorten op het sociaal domein. Dit blijkt uit het rapport Kerngegevens Belastingen Grote Gemeenten 2020, dat is opgesteld door het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) van de Rijksuniversiteit Groningen.

Woonlasten eigenaar-bewoners 

De gemeentelijke woonlasten voor meerpersoonshuishoudens die hun woning bezitten (ozb, rioolheffing en afvalstoffenheffing) stijgen gemiddeld met 30 euro (4,3 procent) tot 734 euro per jaar. Ter vergelijking, de verwachte inflatie is in 2020 1,6 procent. Dit is het tweede jaar op rij dat de woonlasten relatief sterk stijgen.

Deze lastenontwikkeling komt in de eerste plaats doordat de afvalstoffenheffing sterk stijgt (met 5,9 procent ofwel 17 euro). De gemiddelde ozb-aanslag stijgt met 4,0 procent (9,78 euro). Eigenaar-bewoners betalen gemiddeld 1,9 procent meer voor de rioolheffing (3,14 euro). De woonlasten zijn het hoogst in Leiden (878 euro) en het laagst in Den Haag (597 euro).

Woonlasten

huurders Huishoudens in een huurwoning betalen afvalstoffenheffing en in sommige gemeenten rioolheffing. Zij betalen in 2019 gemiddeld 18 euro meer (5,1 procent). Dat komt voornamelijk doordat de afvalstoffenheffing in veel gemeenten sterk stijgt (17 euro). De rioolheffing stijgt voor huurders gemiddeld 0,49 euro (0,9 procent).

Afvalstoffenheffing stijgt 5,9 procent

Met de afvalstoffenheffing wordt de afvalinzameling en –verwerking bekostigd. Een meerpersoonshuishouden betaalt gemiddeld 306 euro aan afvalstoffenheffing, 5,9 procent meer dan vorig jaar. Deze relatief sterke stijging komt doordat het Rijk in 2019 de afvalstoffenbelasting sterk verhoogde (139 procent). Een deel van de gemeenten heeft deze kostenstijging in 2019 bekostigd uit de reserves, en rekent de kosten nu pas via de afvalstoffenheffing door aan de huishoudens.Daarnaast hebben gemeenten onder meer te maken teruglopende inkomsten doordat ingezameld papier en plastics minder opbrengt. In Arnhem daalt de afvalstoffenheffing gemiddeld met naar schatting 4,1 procent doordat de gemeente in 2020 (per 1 juli) overstapt op een ander tariefsysteem (betaling per keer dat afval in een verzamelcontainer wordt geworpen). In Apeldoorn stijgt de afvalstoffenheffing 38 procent. Huishoudens in Nijmegen betalen net als in 2019 het minst (40 euro) omdat een groot deel van de kosten van afvalinzameling en verwerking wordt betaald uit de ozb. In Haarlem betalen huishoudens het meest (392 euro).

Stijging ozb 4,0 procent

Huurders betalen geen ozb aan de gemeente, huiseigenaren wel: in 2020 gemiddeld 256 euro. Dat is 4,0 procent meer dan vorig jaar. Dit varieert van een daling met 1,0 procent in Arnhem tot een stijging met 15,2 procent in Groningen. In Amsterdam betalen huishoudens het minst (gemiddeld 150 euro), in Nijmegen het meest (569 euro).

Stijging rioolheffing voor huurders lager dan inflatie

Gemeenten kunnen kiezen of zij een de aanslag voor de rioolheffing sturen naar woningeigenaren, huurders of beide. Huurders betalen gemiddeld 57 euro voor de rioolheffing, 0,9 procent meer dan in 2019. De stijging is voor huurders dus lager dan de verwachte inflatie van 1,6 procent. In 14 grote gemeenten (35 procent) betalen huurders geen rioolheffing. In de gemeenten waar huurders wel rioolheffing betalen varieert het tarief voor zowel één- als meerpersoonshuishoudens van 28 euro in Oss tot 284 euro in Zaanstad. Eigenaar-bewoners betalen in Tilburg het minst voor de rioolheffing (96 euro), in Zaanstad het meest (284 euro). Gemiddeld betalen zij 172 euro, 1,9 procent meer dan vorig jaar. 

Categorie:
Provincie: